Het voelt typisch. Zo typisch als een film. Alsof je op een heel lange, verplichte vakantie gaat. Zo’n vakantie met je ouders op een locatie waar helemaal niets te beleven is. Waar je de hele dag een beetje in de camper zit. Je voelt je te cool voor je jongere broertje of zusje. Je bevindt je immers precies in je puberjaren. Totaal geen zin heb je, in die stomme vakantie. Het liefst ga je de hele dag in je eentje zitten op een plek waar de WiFi nog een klein beetje werkt. Met je oortjes in om muziek te luisteren om je af te sluiten van de rest. Zij zijn namelijk saai en je vrienden hebben een leuke tijd zonder jou. Je kan niet wachten om weer thuis te zijn.

Maar dan valt de WiFi uit. En die muziek uit je oortjes kun je inmiddels ook niet meer aanhoren. Je besluit – met de nodige tegenzin – om er maar het beste van te maken nu je er toch bent. Je ziet in dat het allemaal zo erg niet is. Stiekem best wel leuk, eerlijk gezegd. En – zonder dat je het toe wilt geven – wil je eigenlijk langer blijven. Naar huis gaan heeft ineens zo’n haast niet meer.

En als je dan naar huis gaat, dan keer je terug als een net iets andere jij. Een jij die anders in het leven staat dan voorheen. Je zag dat er meer is dan je telefoon. Dat je het best gezellig hebt met je ‘saaie’ familie. En dat je kleine broertje of zusje helemaal niet zo vervelend is als je dacht. Je ontdekt kanten van anderen én van jezelf, waarvan je het bestaan nooit eerder afwist.

Het mooie van zo’n vakantie is dat er altijd een punt komt wat je tot ommekeer drijft. En dat punt komt vroeg of laat in de film die nu draait ook. Deze film waarin we allemaal binnen moeten blijven. Minimaal anderhalve meter afstand moeten houden, ook van mensen die we het liefst plat knuffelen. De film waarin we zo fucking graag terug willen naar hoe het was. Maar we dondersgoed weten dat die terugreis nog wel meer vertraging op kan lopen dan we hopen. Dat deze film nog niet is afgelopen.

Misschien is dit dan wel het moment. Het moment net als in een film. Dat we besluiten dat we misschien niet eens terug moeten wíllen naar hoe het was. Dat we beseffen dat we deze periode ook voor iets nuttigs kunnen gebruiken. Om dingen uit te proberen waar we eerst de tijd niet voor hadden. Of maakten. Om creatief te zijn. Duurzamer te zijn. Dingen zelf te maken.

Om na te denken over ons werk. Willen we alles wel hetzelfde, of pakken we straks dingen liever anders aan? Willen we wel zo druk zijn als voorheen? Of vinden we die meer tijd die we nu hebben voor onszelf (en eventueel geliefde) eigenlijk wel lekker? En willen we wel zoveel kopen, of vinden we het nu leuker om dingen zelf te maken? Gaat de voorkeur uit naar de liefde voor het doen, ook al zijn we er niet zo goed in, in plaats van het streven naar perfectie?

We kunnen deze periode gebruiken om na te denken over hoe we ons leven hierna gaan indelen. Kiezen voor wie en wat we écht belangrijk vinden in plaats van klakkeloos weer hetzelfde te gaan doen, omdat we dachten het niet anders kon. We hoeven het draaiboek niet te volgen; we kunnen een plottwist geven aan deze film.

 

Meer lezen?

Meer zien van mij?

Volg me op Insta!
Persoonlijk: @mathildaverwoerdt
Fotografie: @_thisisfrommathilda